VLISSINGEN/ALBLASSER - De rechtbank Rotterdam legt een levenslange gevangenisstraf op aan de verdachte die werd verdacht van dodelijke schietincidenten in een schoenmakerij in Vlissingen en op een zorgboerderij in Alblasserdam. De verdachte wordt veroordeeld voor drie moorden, twee pogingen tot moord, twee bedreigingen en vuurwapenbezit.
Op de zitting heeft de verdachte de feiten grotendeels toegegeven. Op de zitting is er discussie geweest of er sprake is van voorbedachte raad bij de schietincidenten en of de uitlatingen van de verdachte bedreigend waren. De rechtbank verwerpt de verweren.
Op de zitting is wel uitgebreid debat gevoerd over de vorderingen van de 37 benadeelde partijen. In het vonnis zijn gemotiveerde beslissingen genomen op deze vorderingen. In totaal wordt een bedrag van ongeveer 550.000 euro aan schadevergoedingen toegewezen.
De meeste aandacht in het vonnis gaat uit naar de opgelegde levenslange gevangenisstraf. De eis van de officier van justitie was een gevangenisstraf van 30 jaar en tbs.
Ernst van de feiten
Met het plegen van de feiten heeft de verdachte een reeks van misdrijven begaan die zijn weerga bijna niet kent. De vijf moordaanslagen lijken op (pogingen tot) liquidaties of afrekeningen. Het geweld en de koelbloedigheid zijn angstaanjagend. Met deze gruwelijke en zinloze daden brengt de verdachte kolossaal leed toe aan velen. Drie mensen zijn er niet meer. Hun levens zijn voorbij. De nabestaanden die zij achterlaten hebben zeer veel verdriet. Uit hun verklaringen op de zitting blijkt dat dat verdriet niet te overzien is. Daarbij komt de jonge tot zeer jonge leeftijd van de meeste slachtoffers, de beperkingen bij een aantal van hen en het decor van de meeste van de daden: een zorgboerderij. Het is ook vooral die achtergrond waardoor de bewoners van Alblasserdam en Vlissingen en in nog bredere zin de maatschappij en de rechtsorde door de gebeurtenissen worden geraakt.
Uitgangspunt levenslang
Als alleen wordt gekeken naar de ernst van de feiten en de omstandigheden daaromheen is de levenslange gevangenisstraf de enig passende straf. De rechtbank heeft zich vervolgens wel de vraag gesteld of die levenslange gevangenisstraf aan de verdachte moest worden opgelegd. De persoonlijke omstandigheden van de verdachte en/of de toerekening van de feiten aan de verdachte zouden een reden kunnen zijn om daarvan af te zien. Een alternatief is in dat geval een combinatievonnis waarin een (lange) tijdelijke gevangenisstraf wordt gecombineerd met een tbs.
Vragen bij combinatievonnis
Een belangrijke vraag was of in dit geval zo'n combinatievonnis wel passend is. Deze vraag valt in twee onderdelen uiteen.
- Zijn in een combinatievonnis van 30 jaar gevangenisstraf en TBS, zoals dat door de officier van justitie is voorgesteld, de doelen die met een TBS worden nagestreefd haalbaar?
- Is er gelet op de mate van toerekening van de feiten aan de verdachte ruimte voor een tijdelijke gevangenisstraf van 30 jaar of (substantieel) lager in combinatie met TBS? Dit laatste is bepleit door de verdediging.
Conclusie
Met een combinatievonnis van 30 jaar gevangenisstraf en TBS kunnen de door de wetgever gestelde doelen gericht op veilige terugkeer in de samenleving niet worden gehaald. Ook doet een tijdelijke gevangenisstraf van 30 jaar of (substantieel) lager onvoldoende recht aan de aard en ernst van de gepleegde misdrijven. Dit leidt tot de conclusie dat een combinatievonnis simpelweg geen alternatief is. De enige passende straf in deze zaak is dan ook de levenslange gevangenisstraf. Deze straf wordt daarom aan de verdachte opgelegd.